Vertaling naar A.N. van ’t Velleke nr 3 van 2024 blz 33.
Omgezet naar algemeen Nederlands
Wanneer gaat het nog eens echt winter worden, dat de sneeuw een klomp hoog ligt?
Toen ik een kwajongen was in de jaren zestig, toen lag de sneeuw van begin december tot op het einde van de maand januari zo dik als een klomp hoog.
In de kerstvakantie genoten wij met onze slee op de Oreyeberg van als de zon opkwam tot laat in de avond in het donker.
Het was een andere tijd dan tegenwoordig. Want toen was het gevoelig winter.
Als de kou en de sneeuw tot in de wintermaand februari duurden, dan zegden de oudere mensen: 'hij valt (de sneeuw) op een warme steen' ze bedoelden dat de vriestemperaturen minder waren en de opkomende zon reeds lichte warmte gaf.
Ik weet nog thuis als we de deur van de koeienstal openden dat de warmte van de stal en de ammoniakgeur op onze adem drukte.
De mensen leefden veel rustiger, minder haastig dan nu.
Was het vandaag niet gedaan, morgen was er nog een dag in het verschiet.
We woonden langs de smidse en als kwajongen heb ik daar veel gezien en gehoord, wat de boeren vertelden.
Herman (Môn) de smid en onze nonkel wisten 's avonds alle nieuws uit het dorp;
Wanneer hij 's avonds de smidsedeur dicht deed, dan kwam hij altijd op zijn klompen het nieuws in huis vertellen.
Dan was ons moeder zo kwaad dat het zwart gruis van de smidsekolen aan zijn klompen bleven plakken en zijn stappen zichtbaar zwart waren in ons huis.
Maar ja, er was dan ook niet altijd goed nieuws, maar ook slecht nieuws te vertellen..